Persoonlijk houd ik het meest van die beroemd geworden lyriek uit Jesus Christ Superstar, waar Maria Magdalena zingt: ‘I don’t know how to love Him’. Hoe zou ze Hem lief hebben: als man van de aarde, man als andere en na andere mannen? Een gewone liefde, maar nu de ware: ik had zoveel andere mannen hiervoor. De liefde voor een aardse minnaar dus, of voor haar persoonlijk een redder: de man die haar van zeven onreine geesten verloste. De liefde voor een goede vriend, een geestelijke leider, een profeet in Israël, haar innerlijk aanspreekpunt, haar motor tot dienstverlening.
Zijn dat dan de zeven geesten die de plaats van die onreine geesten hebben ingenomen, toen het huis door Jezus geveegd en op orde gemaakt was? Ze is volledig genezen en volledig in zijn dienst gekomen. Bezwerende vingers van orthodoxe theologen, als je ook maar even in de buurt komt van de suggestie dat tot de zeven liefdes die ze had, ook die in de menselijke relatie van man en vrouw behoorde.
Eerlijk gezegd behoeft het ons niet zo te verbazen, dat ook dat kostbare goed in zijn leven een rol gespeeld heeft. Waarom niet? We moeten de orthodoxe broeders eens aanraden hun eigen geloofsbelijdenissen nauwkeuriger te lezen: was Hij niet in de lijn der dogmatische traditie van de kerk volledig en volwaardig mens? Waarom moet hij iets meer God dan mens zijn? Waarom moet hij toch ver weg blijven van dat, wat het diepste van het menszijn uitmaakt: de liefde voor een levenspartner? Als hij dan een volledig mens was, waarom mag dan van Hem zelfs niet gedacht worden dat hij ook een aardse liefde had voor een dierbare vrouw? Er zou geen tittel noch jota van mijn geloof verloren gaan, als we een geschrift in een grot zouden vinden, waarin de liefde tot Maria uit Magdala vermeld wordt.