Als je je bezig houdt met interreligieuze en interculturele dialoog kan je niet helemaal om politiek heen. Voorvechters en voorstanders van dialoog zijn in de regel links georiënteerd, tegenstanders en sceptici bevinden zich doorgaans aan de rechterzijde van het politieke spectrum. Het is niet zwart-wit, want er is ook zoiets als het politieke midden. Zelf begon ik tamelijk links, doch geleidelijk aan schoof ik op naar het midden. Dat wil zeggen, ik ben er zeer voor om contact te zoeken met andersdenkenden, doch ik heb meer oog voor de schaduwkanten van de multiculturele samenleving gekregen.
Mijn Joodse achtergrond speelt daarbij een onmiskenbare rol. Aanvankelijk zag ik alleen maar voordelen in de komst van nieuwe Nederlanders (als “gastarbeider”, asielzoeker of hoe dan ook), maar gaandeweg ontdekte ik dat er nogal wat antisemitisme meekwam. Niet dat dat er niet al was in de “witte” Hollandse samenleving, maar vooral de komst van de islamitische Marokkanen en Turken leidde tot een hele andere, sterk negatieve kijk op Israël en ook Joden.
Als bij contacten met moslims het Midden-Oosten langskwam, ontstond er vaak een andere, minder prettige sfeer. Zeker als het om contacten met Marokkanen ging die zich als Arabieren of Berbers graag vereenzelvigen met Palestijnen. Met Turken was dat vroeger veel minder of zelfs niet het geval, echter dat verslechterde sterk (vanuit Joodse optiek bezien) toen Erdogan steeds steviger in het zadel kwam te zitten. Overigens, ook met christenen kon er gedoe zijn over Israël.
Ik zal nooit vergeten dat we in 2014 een bijeenkomst hadden gepland met jonge Turkse moslims in de tijdelijke synagoge aan het Stadionplein. Het zou over Chanoeka gaan, want daar wilden zij meer van weten. Alles stond klaar (de chanoekia, de achtarmige kandelaar met extra hulpkaars; de soefganiot, een typische chanoekalekkernij die doet denken aan een Berliner bol). Plotsklaps brak er vlak daarvoor opnieuw een echte oorlog uit tussen Hamas en Israël. Nadat ik de Turkse bezoekers welkom had geheten, opperde ik dat zij het ongetwijfeld maar over één ding wilden hebben: het wapengekletter rond Gaza. Allerminst, kreeg ik als antwoord, ze kwamen voor Chanoeka en dat was het! Als het Marokkanen waren geweest, was dat ondenkbaar geweest. Ik vrees dat de Turken van nú richting Marokkaans sentiment zijn opgeschoven. De voortekenen daartoe zag ik voor mijn ogen gebeuren, nadat ik te horen had gekregen dat Israël niet meer werd gezien als bondgenoot, doch als fout land.
Een jaar later, in november 2015, toen Parijs wéér werd getroffen door een islamistisch (let op de extra “s”) geïnspireerde terroristische aanslag (Bataclan, na eerder in januari Charlie Hebdo) schreef ik voor NieuwWij! een Chanoeka-column, waarin ik iets probeerde uit te leggen over de betekenis van het Joodse lichtfeest en het idee van “het licht onder de naties”. Ik gaf aan het eind van de column het estafettestokje door aan een goede bekende van christelijke huize uit de Amsterdamse dialoogkringen, want zij had ook volop meegewerkt aan een demonstratieve optocht in Amsterdam na het drama van Bataclan, waarbij ook wijlen burgemeester Van der Laan zijn neus liet zien.
NieuwWij! is een waar instituut als het gaat om de dialoog. Ik schreef er wel eens vaker voor, o.a. over mijn favoriete reli-kunstwerk. Eerlijk gezegd heb ik een haat-liefde verhouding met die site, want er zijn ook regelmatig columns e.d. op te vinden waar mijn haren van overeind gaan staan.
Veel dialoogactiviteiten waar ik bij betrokken was, hadden het karakter van ontmoetingen met een educatief doel. Er was vaak iets te eten (uiteraard een multiculturele hap) en te drinken plus dat er iets te leren was. Het aangename werd dus met het nuttige gecombineerd. Zo houd je de lol en de moed erin met elkaar, want het valt niet altijd mee.